Monitoring van het fluoridegehalte in rivierwater

Voor de meting van het fluoridegehalte in rivierwater wordt een ion-selectieve elektrode met een kristalmembraan en een referentie-elektrode gebruikt.

De meting is gebaseerd op het verschil in spanning tussen deze twee elektroden. Bij de meting wordt de ion-selectieve elektrode met het kristalmembraan in het rivierwater geplaatst. Tussen het fluoridegevoelige kristal van de ion-selectieve meetelektrode en het langsstromende rivierwater vindt een uitwisseling plaats van het fluoride-ion. Dit veroorzaakt een spanningsverschil tussen de twee elektroden. De referentie-elektrode heeft ook direct contact met het rivierwater maar bezit geen fluoridegevoelig membraan. Het verschil in spanning tussen beide elektroden is een maat voor het fluoridegehalte in het rivierwater.

Norm

Voor rivierwater dat gebruikt wordt voor drinkwaterbereiding wordt een norm aangehouden van 1 milligram fluoride per liter. Voor Rijkswaterstaat is dit een reden om op de meetlocatie Eijsden het fluoridegehalte te meten van de rivier de Maas.

Gevolgen van hoog fluoridegehalte

Bij het innemen door de mens van te hoge dosis aan fluoriden kunnen er problemen ontstaan met het tandglazuur en de botten. Vooral mensen met nieraandoeningen zijn hier gevoelig voor. Bij vee kunnen behalve deze verschijnselen ook problemen optreden bij de penswerking en de klauwontwikkeling.