Microplastics in marien sediment
Vanaf 2023 laat Rijkswaterstaat monitoring uitvoeren op microplastic deeltjes in marien sediment. Het monitoringsprogramma van de Europese Kaderrichtlijn Mariene Strategie (KRM) beschrijft hoe we voldoen aan de verplichting om de milieutoestand te monitoren.
Verplichting
Om te bepalen of voor microafval de goede milieutoestand wordt gehaald is inzicht nodig in de hoeveelheden en samenstelling van microplastics op zee. Verder is er binnen OSPAR in 2024 een internationale afspraak gemaakt om dit te monitoren als 'common indicator'. Ook nationaal zijn deze data van belang voor het nemen van reductiemaatregelen in zee, de kustzone en in het rivierengebied.
Bemonsteringsmethode
De monitoringmethoden voor microplastic deeltjes in marien sediment zijn gebaseerd op de Europese en OSPAR guidelines voor monitoring
Rijkswaterstaat heeft eerst metingen van microplastic deeltjes in de kustzone uitgevoerd en gerapporteerd (Bauerlein et al., 2023). In dit onderzoek is onder andere de methode uitgewerkt, en is ook al de siMPle data-analyse software toegepast. Sinds 2023 nemen we standaard drie monsters per locatie, die worden gecombineerd tot een mengmonster, dat vervolgens in drievoud wordt geanalyseerd. Hiermee wordt de ruimtelijke variatie binnen een locatie zo goed mogelijk uitgemiddeld. De bemonsteringsmethode voor monitoring is uitgewerkt in een RWS standaardvoorschrift.

Analysemethode
De monitoringmetingen zijn in 2022 uitbesteed aan het Engelse Cefas laboratorium. Dit laboratorium voert microplastic analyses uit met Infrarood spectrometrie, wat een goede selectiviteit geeft tussen microplastics en natuurlijke organische deeltjes in vergelijking met lichtmicroscopische detectie. De identificatie van de microplastics is uitgevoerd met de open-source siMPle software (https://simple-plastics.eu/). Voor de verwerking van de relatief grote hoeveelheid data die deze software produceert heeft Rijkswaterstaat, in samenwerking met de Universiteit van Wageningen (WUR), een siMPleR post-analyse package in R ontwikkeld. Dit data-analyse script is afgerond en zal binnenkort worden gepubliceerd op een WUR website. Dit script is beschikbaar gesteld in onderstaande data-analyse folder 2024.
Als eerste stap in het ontwikkelen van een monitoringmethode voor Rijkswaterstaat is de selectiviteit van de infraroodmetingen, in combinatie met de siMPle software nader onderzocht. In dit rapport wordt een kwaliteitscontrole-methode gepresenteerd, waarmee de gewenste goede kwaliteit van microplastic identificaties kan worden gerealiseerd. In dit verband is door het Noorse microplastic laboratorium NIVA in 2025 overgestapt op het gebruik van siliconenfilters, die aanzienlijk betere (meer selectieve) infrarood spectra van microplastics geven voor enkele polymeertypen.
Monitoringrapportages en data
Op basis van de uitgewerkte monitoringmethode en tools is het eerste Cefas-RWS monitoringrapport voor de 2023 monsters gepubliceerd. Dit rapport heeft veel inzichten en bruikbare indicatieve resultaten opgeleverd, maar de hierin gerapporteerde monitoringmethode is nog niet definitief. De gedetailleerde data-analyseresultaten, en de software/het script waarmee deze resulaten zijn geproduceerd, zijn beschikbaar in deze data-analyse folder 2023
Het binnenkort beschikbare rapport Cefas-RWS voor de 2024 monsters heeft dit indicatieve beeld uit 2023 verder verbeterd, en heeft ook tot de conclusie geleid dat de opzuivering van modderige monsters nog verder verbeterd moet worden. De resultaten voor de zanderige locaties lijken al wel stabiel te zijn. De gedetailleerde data-analyse resultaten, en de software en het script waarmee deze resulaten zijn geproduceerd, zijn beschikbaar in deze data-analyse folder 2024.
In 2025 wordt de monitoringmethode voor microplastic deeltjes in samenwerking met het Noorse microplastic laboratorium NIVA afgerond en gevalideerd. Deze 2025 data zullen de eerste definitieve monitoringdata van RWS gaan vormen.
