Het vogeljaar 2019: pioniervogels doen het goed, moerasvogels nemen toe
Ecologen Jan van der Winden en Camilla Dreef brengen voor Natuurmonumenten en het Kennis- en Innovatieprogramma Marker Wadden (KIMA) alle soorten en aantallen broedvogels op Marker Wadden in kaart. Voor het KIMA doen ze nader onderzoek naar drie soorten: kluut, visdief en dwergstern. In hoeverre vormen de eilanden nu een goede habitat voor deze en andere soorten? Vrijwilligers voerden van april t/m augustus de vogeltellingen uit. Jan en Camilla coördineerden de broedvogeltellingen.
Voor het KIMA bezochten beide onderzoekers het gebied wekelijks. ‘Wat we willen weten is niet alleen om hoeveel vogels het gaat, maar ook hoe ze zich verhouden tot de omgeving. Zijn er geschikte broedplekken? Vinden ze genoeg voedsel? Waar dan? Wat voor voedsel? Vliegen de kuikens uiteindelijk uit? Allemaal relevante informatie in het licht van te maken keuzen in het beheer van Marker Wadden.’
Visdieven
Het zag er voor de visdieven aanvankelijk somber uit. De eerste broedgolf kwam laat op gang en de broedsels mislukten. ‘Al na een paar dagen legden de meeste kuikens het loodje.’ Maar een tweede broedgolf, waarschijnlijk deels van later gearriveerde vogels en deels van vogels die opnieuw begonnen, had meer succes. Wellicht omdat de visdieven op andere prooien overschakelden. ‘Het aantal broedpaartjes, 780 paar, lag uiteindelijk weliswaar lager dan vorig jaar maar het aantal grootgebrachte kuikens lijkt ongeveer gelijk te zijn.’
Visdief. Foto Camilla Dreef
Visdiefkuikens blijven niet in hun nesten zitten. Mede daarom hebben de onderzoekers een deel van de nesten afgeschermd, met een enclosure. ‘Zo kunnen we de kuikens volgen tot ze uitvliegen. Ze krijgen een ringetje om de poot zodat we ze kunnen herkennen. Elke week meten en wegen we ze. Daarnaast maken we foto’s van aanvliegende visdieven met vis in de snavel. Dankzij een camera in de enclosure weten we wat ze aan hun jongen voeren. We beschikken nu over een goed gevulde database op basis waarvan we onder meer kunnen vaststellen in hoeverre hun dieet is veranderd ten opzichte van vorig jaar. In november verschijnt een uitgebreid rapport waarin we deze en andere bevindingen van het afgelopen seizoen op een rijtje zetten.’
Kluten
Met 380 broedparen vormt de klutenpopulatie op Marker Wadden ongeveer zeven procent van de landelijke populatie, rekent Camilla uit. ‘Dat betekent dat er genoeg klein dierlijk voedsel in het ondiepe water en de bovenste sliblagen zit.’ De eilanden vormen bovendien een betrekkelijk veilige haven. ‘Behalve enkele grote meeuwen en af en toe een slechtvalk laten zich op Marker Wadden geen rovers zoals vossen en ratten zien.’ Anders dan bijvoorbeeld visdieven voeden klutenouders hun kuikens niet. Ze gaan met ze aan de wandel en het kuiken moet zelf zijn kostje bij elkaar scharrelen. Camilla en Jan gingen na waar de kluten foerageren. ‘Ze zoeken hun voedsel in de waterrijke slibcompartimenten. Zodra een compartiment helemaal droogvalt, verkassen ze naar een ander compartiment, met kuikens en al.’
Kluut. Foto Martin Poot
Dwergsterns en plevieren
Broedende dwergsterns zijn schaars in Nederland. Bovendien vind je ze vooral in zoutwatermilieus, zoals de Waddenzee en de zeearmen van de zuidwestelijke delta. ‘Dat er zeven tot elf paren op Marker Wadden broedden is dus bijzonder.’ Camilla en Jan hebben met de verrekijker de nesten opgespoord, de groei van de jongen gevolgd en de plekken waar ze voedsel zoeken in beeld gebracht. Ook zijn behoorlijke aantallen kleine plevieren (92 paar) en bontbekplevieren (54 paar) op Marker Wadden tot broeden gekomen. ‘Zulke aantallen geven wel aan dat Marker Wadden als broedgebied in Nederland een bijzondere positie inneemt.’
Dwergstern. Maarten Hotting
Bonte strandloper
Camilla en Jan kregen zelf de zuidelijke bonte strandloper in het vizier, die vooral rond de Baltische Zee broedt. Camilla: ‘In een pol kamille troffen we vier groene eitjes met bruine spikkels aan. Bijzonder, want het laatst vastgestelde broedgeval dateert uit de jaren negentig.’
Zangvogels
Overigens zijn er ook verschillende broedende zangvogels op Marker Wadden waargenomen, zoals de gele kwikstaart en de rietgors. ‘Van de kleine karekiet, een liefhebber van riet, zijn twaalf broedparen geteld.’
Kleine Karekiet. Foto Folkert Boer
Bijzondere soorten en opvallende aantallen
In totaal zijn er op Marker Wadden zesendertig soorten geteld met een territorium of nest. In het voorjaar deden vrijwilligers een verrassende ontdekking. Een paartje ijseenden had Marker Wadden gevonden en kwam tot broeden, een primeur voor Nederland. De toegenomen vegetatie in het jonge landschap trok sowieso meer soorten en hogere aantallen watervogels dan vorig jaar. Acht soorten eenden, bijvoorbeeld, inclusief het ijseendenpaar. Camilla: ‘En was er vorig jaar nog geen meerkoet te bekennen, in 2019 broedden er 46 paar. De toename van watervogels en de aanwezigheid van broedende zangvogels zoals de rietgors en kleine karekiet maken duidelijk dat de eilanden moerasvogels meer te bieden hebben dan vorig jaar.
Vogelonderzoekers op Marker Wadden