Waterkolommetingen met KOR-netten

Methode

Het vaartuig ligt meestal stil en het water met plastic stroomt erin. Tijdens de meting ligt het vaartuig voor anker, tenzij het scheepvaartverkeer dit niet toelaat. Op de IJssel is daarom varend (tegen de stroom in) gemeten.

De maaswijdte van het net is 6 mm, de lengte van het net is 15 m. De metingen worden uitgevoerd op verschillende dieptes, met de bovenzijde van het frame aan de oppervlakte, het middennet in het midden van de waterkolom en de onderzijde van het frame circa 10 cm boven de bodem.

Vanaf 2023 is de stroomsnelheid door het net gemeten met een Aquadopp (akoestisch meetinstrument met 1 meetpunt) die op het net gemonteerd was. In 2021 en 2022 is de stroomsnelheid geëxtrapoleerd vanuit een varende debietmeting met ADCP, in combinatie met modelberekeningen.

Meetopzet

Er wordt meestal gedurende 30 tot 40 minuten gemeten, aan beide zijden van het schip. De metingen lopen vanaf 2021 tot en met 2025, steeds in april en mei. Per locatie zijn er 8 replica’s van elke diepte en locatie gesampled. De meetinspanning  bedroeg hierdoor 2 à 5 dagen per locatie.

Langs Rijn en Maas wordt er op meerdere locaties gemeten. Per locaties zijn er 2 of 3 plekken in het dwarsprofiel van de rivier (afhankelijk van de locatie links-midden-rechts of links-rechts) bemonsterd.